Diaken

Dat Lou het was, dat was al lang bekend, maar nu lees ik dat ook Rim het is: diaken. Lou in Beegdenen Rim in Montfort. Maar wat is dat eigenlijk voor iets: Diaken? Ik lees bijvoorbeeld dat de diaken oude auto's en vrachtwagens etc. zegent die meedoen aan een of andere toertocht door het dorp. Inderdaad, dat lijkt mij ook zeer belangrijk, en het is maar goed dat daar vanuit de kerk een diaken bij betrokken is.

Het ambt van diaken vinden we al in de jonge kerk. De twaalf apostelen lieten zeven mannen ‘van goede faam, vol van geest en wijsheid’ door handoplegging en gebed delen in hun taak om de behoeftigen in de christelijke gemeenschap te ondersteunen. In hen heeft de traditie de eerste diakens gezien. We zien diakens in het Nieuwe Testament mensen binnenleiden in het geloof door de Blijde Boodschap te verkondigen en het doopsel toe te dienen. De zorg voor armen en zwakkeren heeft van oudsher tot het werkveld van de diaken behoord. In de kerk staat hij voor de zorg van de christelijke gemeenschap voor mensen in nood. In de samenleving getuigt hij door zijn woord en zijn leven van het geloof.

Diaken betekent letterlijk ‘dienaar’. Jezus roept zijn leerlingen op niet te heersen, maar te dienen, in navolging van zijn voorbeeld: Hij is de dienaar van allen geworden. Hij heeft zijn leven gegeven voor onze verlossing. Het dienen is een opdracht voor de hele kerk en voor iedere christen. De diaken herinnert de christelijke gemeenschap aan de opdracht tot dienstbaarheid en brengt deze door zijn ambt op bijzondere wijze tot uitdrukking. Het diaconaat was in de loop van de geschiedenis uitsluitend een wijding geworden op weg naar het priesterschap. Maar het Tweede Vaticaans Concilie heeft het diaconaat als zelfstandig ambt hersteld. Sindsdien is het mogelijk dat mannen, gehuwd of ongehuwd, als permanent diaken de kerk dienen.

De wijding tot diaken
De leiding van de plaatselijke gemeenschap komt toe aan de bisschop. Hij is de eerstverantwoordelijke voor de opdracht van de kerk om te verkondigen, te heiligen en herder te zijn. Hierin wordt hij bijgestaan door zijn priesters en diakens. Bisschop, priester en diaken hebben deel aan het wijdingssacrament. De diaken wordt, evenals een priester, door de bisschop voor een bepaalde taak benoemd.

Een diaken is een kerkelijk ambtsdrager, die in de hiërarchie (rangorde van waardigheid) naast de priester rechtstreeks onder de bisschop staat, met de drievoudige taak van liturgie, verkondiging en vooral dienstbaarheid. Ligt bij het priesterschap de nadruk op liturgie en sacramentenbediening, bij de diaken betreft dat vooral de (sociale) kerkelijke dienstverlening.

In de vroege kerk was hij een helper van de bisschop, onder meer belast met het uitdelen van (geschonken) goederen en naastenliefde aan de armen. In de liturgie en daarbuiten droegen zij ook zorg voor de heilige boeken.

In die tijd kende men ook diaconessen: naast de bedeling hadden zij óók een liturgische functie: immers de pasgedoopte mannen, die naakt uit het doopbassin kwamen, werden in witte gewaden gekleed door diakens; de vrouwen door diaconessen.
In de kunst zijn diakens herkenbaar aan hun liturgische kleding: een albe met daar overheen een dalmatiek: lang gewaad met twee banen die aan voor- en achterkant van de schouder tot onder aan de zoom lopen; onder aan het gewaad zijn de banen onderling verbonden met een dwarse baan van dezelfde stof. De drie grote heilige diakens uit de eerste eeuwen van het christendom zijn Stefanus, Laurentius van Rome en Vincentius van Zaragoza.